Waarom vrijwilligerswerk in het buitenland – door Winan Hoekstra
April 2008
De auto is afgeladen. Volgepropt met voer, dekens, benches, medische spullen en gereedschap. We passen er zelf amper bij. Met de weekendtas op schoot en een tas vol snoep, koek, broodjes en Amsterdamse uien in een tas op de vloer bij mijn voeten, zit ik achterin. Fred, Suze en ik vertrekken om 5 uur vanuit Zaandam naar het asiel in Orasje, Bosnië.
Ik heb Fred en Suze dan pas één keer eerder gezien, we hebben elkaar ontmoet bij de hondenwandeling in verband met het 5-jarig bestaan van Stichting Dierenopvang Bosnië. Best wel spannend dus, maar voordat we de straat uit zijn, weet ik al dat dit een hele gezellige reis gaat worden. Op een centrale plek in Nederland is er een vluchtige kennismaking met de andere vrijwilligers die ook mee zullen gaan en met z’n allen zijn we van plan er een onvergetelijke ervaring van te maken.
Maar hoe kwam ik er bij om mijn vakantiedagen te besteden aan een reis naar een buitenlands asiel?
In januari 2007 zag ik een documentaire op tv over de zwerfhonden in Bosnië. Ik wist gelijk dat ik graag deel wilde uitmaken van zo’n groep gepassioneerde mensen die zich belangeloos inzette voor de dieren. De volgende dag heb ik contact opgenomen en gevraagd wat ik voor de stichting zou kunnen doen. Ze gaven aan dat ik kon beginnen met het inzamelen van hondenspullen, dus ik ging gelijk aan de slag. Toen ik een berg hondenmanden, dekens en brokken had ingezameld, bracht ik de spullen naar een verzamelplaats in het midden van het land. Nog een paar inzamelingen volgden. Al snel kreeg ik de vraag of ik niet een keer mee wilde gaan naar het asiel. Nou, dat hoefde je maar één keer aan me te vragen.
Dus op naar Bosnië!
Na een rit van 14 uur komen we ‘s avonds laat aan in het hotel. Na een onrustige nacht en een lekker ontbijt, verzamelt de groep zich buiten op het stenen muurtje langs de rivier. Veel zijn er voor de eerste keer bij, net als ik. Tijdens het ritje naar het asiel ben ik bloednerveus. Eindelijk ontmoet ik Svjetlana, de vrouw over wie ik zulke mooie verhalen heb gehoord. En het asiel met 100 honden die allemaal hunkeren naar een knuffel en wat aandacht. Het laatste stukje rijden we via een stoffig zandpad naar de ingang van het asiel. De honden slaan onmiddellijk aan als ze de auto’s het pad op zien rijden en er klinkt een oorverdovend geblaf. Na een hartelijk welkom van Svjetlana lopen we het asiel binnen. Ik vind het een heel emotioneel moment. Het zelf ervaren is zo anders dan alle verhalen die ik al heb gehoord. De geuren, geluiden, zoveel honden om te knuffelen, ik vind het heel heftig. Lang hierbij stilstaan gaat niet, want voor dat ik het weet komt er een zwart hondje op me af die dolgraag geknuffeld wil worden. Carmen, m’n eerste liefde in het asiel. Er zullen nog vele volgen 😀
De groep bestaat uit hele uiteenlopende persoonlijkheden, maar allemaal hebben we één doel: de handen uit de mouwen steken en proberen een klein beetje het verschil te maken. Een deel van de groep bestaat uit dierenartsen, en -assistentes en verzorgers en zij gaan zich bezighouden met het sterilisatieproject. Alle dieren in het asiel die nog niet gesteriliseerd zijn, worden dat alsnog. Want het laatste wat we willen is dat er nestjes geboren worden in het asiel. Een ander groepje gaat klussen in het asiel.
Ik word al snel door twee ervaren vrijwilligsters op sleeptouw genomen, krijg een spoedcursus “kennels schoonmaken” en voordat ik heb weet sta ik te schrobben. Dat is nogal een klus. De vloer van de kennels bestaat uit ongelijke keien waar de ontlasting lekker tussen gaat zitten. Per kennel zijn er 2 tot 3 emmers water nodig om ze schoon te maken, Dit water moet bij de waterpomp handmatig opgepompt worden. Met een rieten waaier wordt het overtollige water uit de kennel geveegd. Svjetlana is heel streng en voert de de inspectie uit. Als ze niet tevreden is, zegt ze: “no good!” en gooit ze vervolgens zonder pardon een emmer water over de keien en kun je opnieuw beginnen. Het is keihard werken, het is lichamelijk zwaar en de temperatuur loopt al snel op. Ik heb nu al zoveel respect en bewondering voor de oude medewerkers die dit werk dag in dag uit moeten doen in alle weersomstandigheden met de beperkte middelen die ze hebben.
De week vliegt voorbij. Er zijn heel veel hondjes gesteriliseerd, allerlei klussen afgerond en hondjes ontvlooid en ontwormd. Bij het afscheid vloeien er heel veel tranen. Ik weet dan zeker dat het niet bij deze keer blijft.
In de jaren daarna ga ik nog zo’n 15 keer naar Orasje. Met z’n allen hebben we vele verbeteringen aangebracht in het asiel. Er is een drainagesysteem aangelegd, betonnen vloeren gemaakt in de hondenkennels, licht aangelegd langs het zandpad naar het asiel. En gezorgd voor tuinslangen in het asiel zodat de kennels schoongespoten kunnen worden. Zo zijn de leefomstandigheden van de honden en de werkomstandigheden van de medewerkers drastisch verbeterd.
Het heeft ook mijn leven verrijkt. Ik realiseer me eens te meer hoe goed ik het heb in Nederland. Dat ik het meest gelukkig word van interactie met dieren. En ik heb vrienden voor het leven gemaakt.
Ik ben van mening dat iedereen een vorm van vrijwilligerswerk zou moeten doen. Het doet helemaal geen pijn om eens iets te doen voor een mens of een dier zonder er iets voor terug te vragen of te verwachten. Het geeft juist veel voldoening en maakt je een beter mens. Als er niemand iets doet, gebeurt ervoor niets. Dán is het maar een druppel op de gloeiende plaat, het is in ieder geval weer een druppel!
Liefs, Winan.